dinsdag, april 26, 2011

Verhaal 36 St. Maarten

Dinsdag 19 april zijn we met tranen in de ogen weg gevaren van Ile Fourchue richting St. Maarten. Tranen van weemoed en ontroering vanwege de schoonheid, van heimwee naar deze bijzonder mooie plek nog voordat we goed en wel vertrokken zijn.
Er staat slechts een zuchtje wind, net genoeg om de genua vol te blazen. We dobberen met 2 tot 3 knoopjes over de oceaan en willen het sfeertje niet verprutsen met motorgeronk.
We komen tegelijkertijd met Remko en Kathalijn ( en baby Jules) de baai bij Philipsburg binnenvaren. Leuk weerzien en ik besef dat ik Jules gemist heb.
We ankeren voor het strand met kleurige ligbedden en parasolletjes. Het stadje doet vrolijk aan met een wandelboulevard, vééééle kraampjes en marktjes, luxe- en gewone winkels, een kleurige mengeling van Caribische en Europese culturen.
We zijn er kort gebleven omdat we een baai verderop, in Simpson Bay, Braziliaanse vrienden gingen opzoeken. Het is een zeer ruime baai met prachtig strand, helaas minder helder water, met een brug naar een binnenmeer. Met de bijboot kunnen we altijd onder de brug door en zijn we vlakbij een grote supermarkt waar we onze voorraden voor de oversteek naar de Azoren kunnen inslaan. Soms komen vage herinneringen aan Lauwersoog ons brein binnendrijven vanwege de vele krijsende meeuwen en vanwege het vaarverkeer heen en weer door de brug.
We doen elke dag een beetje aan de voorbereidingen voor de terugreis maar onderbreken het
“ werken” met leuke uitstapjes. Hier vlakbij ligt de landingsbaan van het vliegveld. Elke dag zien we hoe de vliegtuigen vertrekken en zich laag over het strand en de bebouwing de lucht in duwen. Maar veel spectaculairder is het om op het strand bij de landingsbaan te staan en de vliegtuigen over je hoofd te laten scheren. Heel imponerend, die grote vogels !
Een ander uitstapje was op een andere manier bijzonder en spectaculair. We zijn toch nog op Saba geweest en vonden het de moeite waard. We namen de veerboot en werden door een taxi hoog de bergen ingereden over een steile weg langs de twee dorpjes met allemaal witte huisjes en rode daken. Ze lagen daar schoon en liefelijk ingeklemd tussen woeste groene kloven. We hadden geluk: geen wolk, alles zonovergoten. We hadden een leuk contact met een Frans stel op leeftijd ( Claude 75 en Annie 67) en hebben veel gelachen. Wij en zij, als oudsten in het taxibusje, liepen een half uur een steil pad naar beneden door het regenwoud. De jongere generatie liet zich naar het dorp rijden. Toen we beneden kwamen zaten ze al bij de snackbar.
Wij oudjes kozen toch liever een goed restaurant met prachtig uitzicht over de kloof. Voor de klim van 1064 trappen naar de top van Mount Scenery, was de 35 graden iets te veel van het goede, dus dat moet maar een andere keer.
We zijn met een minibusje even in Marigot Bay aan de Franse kant van het eiland gaan kijken. ( Dat gedeelte heet St. Martin) . Het is zoals de Franse Annie zei: ze huurden liever een appartement aan de Nederlandse kant want daar is het “ tres, tres propre.” En ze heeft gelijk.

Liefs,
Marleen en Frits

St. Maarten, Philipsburg



Opgeruimd en netjes.

Prachtig strand



en water als glas.

Simpson Bay



De brug van zee naar de lagoon. Net Lauwersoog toch?

KLM toestel



vliegt laag over het strand. Deze foto is vanaf de boot genomen.

Paniek



breekt uit als het vliegtuig vol gas geeft met zijn straalmotoren naar het strand gericht. Zand, tassen, handdoeken....alles werd in zee geblazen. Wij stonden net buiten de heftigste straal. Sommige mensen hielden zich aan de hekken vast om overeind te blijven.

vliegtuigen scheren vlak boven ons hoofd

En steeds gaat die zon weer onder.

Toch nog Saba


maar dan in de zon.

Het kleinste vliegveldje



vanuit de lucht gezien.

Liefelijk en schoon straatje.

Het dorpje Bottem



Ingeklemd tussen de bergen.

donderdag, april 21, 2011

Saba in zicht Foto.s bij verhaal 35



Jammer dat het niet lukte om aan land te gaan. Maar de sfeer was perfect dramatisch met die donkere wolken en flarden over de bergen.

puntig



We ankerden vlakbij deze rotspunten van Saba. Zonsondergangen zijn hier elke dag weer om het mooist.

woensdag, april 20, 2011

Diepe kloven



maken indruk.

huisjes



balanceren op de kliffen.

Frits jarig voor de rotswanden van Saba



met medewerking van Pork die de slingers en ballonnen leverde. Dank collega's.

Wandeling op St. Barts, Anse Colombier.



Schattig. Hij laat zich kriebelen en gaat daarna knabbelen aan de weinige groene blaadjes op dit droge eiland.

Zweedse straatnamen

sfeervol



ankeren in de baai bij Gustavia in donker weer. Er volgde hierna een onweersbui met windstoten kracht 9 op de teller.

jarig



die jarig was en dat vierden wij met heerlijke Franse frietjes.

het grootste superjacht



is natuurlijk Salon met een superkapitein.

St, Barts



In de haven van Gustavia liggen superjachten

Eng



Een grote barracuda hangt uren lang bijna onbeweeglijk bij de scoop. Hij doet niks, maar toch...

dinsdag, april 19, 2011

Verhaal 35 Saba en St. Barts

Nadat we in een Giftshop op St. Eustatius stroopwafels, Duo Penotti en bonbons hadden ingeslagen ( aan de paaseitjes en hagelslag konden we weerstand bieden), zijn we vertrokken naar Saba. Van een afstandje leek het niet meer dan een simpele hoge berg, maar het tegendeel werd waar toen we de kust naderden. Hoog, ruig, woest met enorme kloven, onheilspellend onder de grijszwarte wolken die over de top scheren, vervaarlijk met de witte huisjes die op de kliffen balanceren zoals olifanten op een spinnewebdraad zouden doen, intens mooi en indrukwekkend. Ik zou me in één van de twee dorpjes hoog in de bergen kunnen terugtrekken voor het schrijven van een passend boek: " AliSaba en de 40 rovers."
Er is pas sinds 1957 een weg die de twee dorpjes met elkaar verbindt. Je liefje zal maar in het andere dorp gewoond hebben.
Helaas, hoe graag we er ook waren gaan kijken, we konden er niet aan land komen. De enige toegangsweg was met ons simpele bijbootje en kleine motortje niet te bereiken vanwege de wind en de deining. We deden pogingen bij een duikschool om opgehaald te worden, maar dat risico namen ze niet. Er was nog wel een niet-onderhouden eeuwenoude trap naar boven van 1088 treden, maar ik denk niet dat onze conditie toereikend zou geweest zijn en dus bewonderden we Saba vanaf het water en onder het water. We konden tot vlakbij de steile bergwanden snorkelen, het water zo helder dat we meenden in een aquarium te zwemmen.
Voor de zekerheid pikten we voor de nacht een ankerboei op op 20 meter diepte. De bodem was niet meer te zien, alleen blauw blauw blauw. Als ik overboord sprong, dacht ik in een pot blauwe aquarelverf te zijn gesprongen..
Frits heeft zijn verjaardagscadeautjes opengemaakt op Nederlandse bodem voordat we verkasten naar Franse bodem.

Na 6 uurtjes rustig aan de wind zeilen bereikten we St. Barts met in de verte de schaduwen van Saba, St. Eustatius, St. Kitts en St. Maarten.
St. Barts hoort bij Frankrijk en kan wedijveren met de Franse Rivièra. We ankerden in de baai bij de hoofdstad Gustavia.
In 1784 gaven de Fransen het eiland aan Zweden in ruil voor toegang tot de haven van Göteborg. Na bijna 100 jaar, in 1878 verkocht Zweden het eiland weer aan Frankrijk. Nu nog komen we her en der Zweedse naamborden of straatnamen tegen.
Het is hier een luxe bedoeninkje met luxe winkels, dure restaurantjes, superjachten in de haven?( Eind 1600 werd dit eiland al door piraten gebruikt om hun rijkdommen uit te geven.) Als zo'n superjacht de onderwaterverlichting aan doet zodat het blauwe water helder verlicht wordt, dan lijkt het alsof hij in een zwembad ligt te pronken.
Van de Caribische sfeer is niets te merken. Ik mis de mannen met hun dreadlocks onder hun kleurige gehaakte mutsen en de vrouwen met hun wiegende heupen, ik mis de kleine meisjes met hun hoofdjes vol vlechtjes en kraaltjes, ik mis de palmenstranden, ik mis de muziek die uit de boxen knalt, ik mis de kleine bootjes met fruit of vis die ons komen begroeten, ik mis de minibusjes en de kraampjes langs de weg, ik mis de gezellige drukte van de markt, ik mis het stof en de gaten in het wegdek.
Maar desalniettemin smaakten de franse frietjes met biefstuk in roomchampignonsaus, en niet te vergeten de Pi?a Colada voor de hoofdprijs, verrukkelijk. Tenslotte mag een respectabele leeftijd van 61 jaar van de kapitein van een supercatamaran in stijl gevierd worden, toch?
Ook hier is soms niets zo veranderlijk als het weer. Een rustige zonnige dag veranderde vandaag vrij plotseling in onweer, stevige regenbuien en keiharde windvlagen tot windkracht 9. Met zoveel boten op een kluitje is dat wel spannend. Ons 25 kilo-anker liet ons gelukkig niet in de steek.
De volgende dag straalde weer en we ankerden in een andere baai, Anse de Colombier, aan een ankerboei vlakbij de rotsen. Een superplek om heerlijk te snorkelen en je te voelen als een vis in het water tussen al die prachtig gekleurde vissen. We zagen o.a. papegaaivissen
( danken hun naam aan hun vele kleuren) , bruine en geelzwarte schildpadden ( leuk om boven een schildpad mee te zwemmen, maar een wedstrijdje wie het snelste kan zwemmen zouden we verliezen), een rog, een school van naar schatting honderd paarsblauwe vissen soms opeen gepakt als een donkere wolk en dan ineens uitwaaierend zoals ballonnen die tegelijk worden opgelaten.
Ook op het land zijn er genoeg beestjes te ontdekken. Tijdens een wandeling over een bergpad zag Frits een landschildpad. We kriebelden even op zijn buik, zetten hem weer terug en hij ging niet onder de indruk van dit intermezzo verder met blaadjes knabbelen. We zagen voortdurend kleine en grote hagedissen wegschieten; we lagen vlakbij een hol in de rotsen waar we twee witte tropical vogels in zagen verdwijnen die na wat gekrijs weer te voorschijn kwamen. ( De red built tropical bird: witte vogel met een rode snavel en een lange dunne pijlstaart, ook eerder op Tobago gespot)
Op de ankerplek bij Ile Fourchue, iets ten noorden van St. Barts, zat een grote barracuda twee meter van de boot vandaan. Frits en ik gingen met duikbril overboord om zijn gevaarlijke roofbek goed te kunnen zien, maar we waagden ons niet al te ver van het zwemtrapje. Je weet maar nooit hoeveel honger hij heeft.
Over andere beestjes heb ik het liever niet: de kakkerlakken die af en toe in de keuken opduiken en die we redelijk succesvol met gif de kop indrukken en de beestjes die ik in de pakken meel aantref die ik in Las Palmas ingeslagen had. Ik kan ze er uit zeven maar alleen al van de gedachte aan die kriebelende beestjes krijg ik de kriebels.
Met goede herinneringen aan St. Barts is St. Maarten de volgende bestemming.

Liefs, Marleen en Frits

dinsdag, april 12, 2011

Verhaal 34 St. Kitts en St. Eustatius ( Statia)

Dinsdag 5 april, voor anker in White House Bay ( in de verste verte geen wit huisje te zien) in het zuiden van St. Kitts, begint onstuimig. De wind raast over de gele bergen en dondert met geweld naar beneden en slaat Salon om de oren. De regen klettert hard en spoelt het zout van het dak en het dek. We hebben even een déja-vu en verbeelden ons dat we verwaaid op het wad liggen. Automatisch komt de gedachte aan warme chocolademelk opborrelen. Maar voordat ik de melk op het vuur aan de kook zou hebben is het alweer stralend frisgewassen blauw. De ankerbaai is prachtig. We zijn omgeven door droge geelgeschakeerde bergen en daar houden we van, niets ten nadele van de bergen met hun groene regenwouden. Ik vond het een plek om eeuwig te blijven.
We gingen 2 dagen in de haven van de hoofdstad Basseterre liggen. Voor het eerst sinds Mindelo op de Kaap Verdische eilanden, begin december, staan we weer eens onder een echte douche. Dat is toch even anders dan de maatbeker van 1 liter die we op de boot gebruiken om ons af te spoelen na het zwemmen. Het is twee dagen een luxe om zomaar af te kunnen stappen en rond te slenteren zonder eerst in de bijboot te moeten stappen en op kades of steigers te moeten klauteren.
De cruiseschepen die in Basseterre aanleggen spuwen om de 2 dagen honderden toeristen uit die zich vergapen in het speciale cruiseschiptoeristenwinkelcentrum aan ongelooflijk veel prullaria ( made in China) maar ook aan duty-free juwelen . Er dansen en trommelen nepindianen en kleine aapjes met minipampertjes om proberen de toeristen te verleiden tot een foto met hen, voor geld natuurlijk. Zo worden ze de hele dag vermaakt totdat hun schip met 3 lange stoten aangeeft dat het gaat vertrekken naar de volgende bestemming.
In het echte Basseterre en in de haven zien we eigenlijk alleen lokale mensen. Ze zijn erg aardig en maken graag een praatje op straat, in het park, aan boord en in het douanekantoor.
De jongen van de douane was echt een sweety. Hij was eerst streng omdat we niet onmiddellijk waren komen inklaren na aankomst op St. Kitts. Frits maakte een grapje dat we daarbij ook nog de vlag op de kop hadden opgehangen per ongeluk. Hij antwoordde dat hij het meende: het had ons een flinke boete kunnen opleveren.
Frits: Vervolgens bekeek hij de paspoorten en vroeg of we getrouwd waren aangezien Marleen met haar meisjesnaam in het paspoort staat. Ik zei: “een jaar of 30” waarop de douanebeambte zei dat hij dat nooit zou accepteren.” Mijn vrouw moet mijn naam dragen”
Ik zei weer: “ Ondanks dat ze haar eigen naam heeft gehouden is ze nog steeds niet weggelopen.” In de hoek zat een vrouwelijke beambte die mompelde: “ dat zouden ze hier ook eens moeten invoeren.” We hadden er samen met de jongen veel plezier om .
Met taxichauffeur Junie maakten we een uitstapje naar het fort Brimstone Hill en en passant reed hij ons naar 3 adressen om onze gasflessen gevuld te krijgen, wat niet lukte omdat ze nergens de juiste aansluiting hadden. Het Fort is prachtig gelegen op glooiende groen en geel lappendeken met ver uitzicht over de baaien en St. Eustatius. Er is in vroeger tijden heel wat afgevochten. Engeland heeft al sinds 1690 strijd moeten leveren tegen Frankrijk. In 1782 moesten 1000 Engelse soldaten en 1000 slaven het na een maandlange strijd opgeven tegen 8000 Franse soldaten. Ze werden eervol behandeld vanwege hun moed. Een jaar later werd het Verdrag van Versailles getekend en gaf Frankrijk het Fort weer terug aan Engeland .
Vanwege de rijkdom door de suikerrietplantages was er voor de Europese kolonialisten veel aan gelegen een eiland in handen te krijgen. Zó lang is dit gedoe dus nog niet geleden.
Er komen niet veel jachten op St. Kitts omdat het iets uit de route ligt, maar wij zijn blij dat we het niet overgeslagen hebben.

Op Frits zijn verlanglijstje stond St.Eustatius ( iedereen zegt “ Statia” ) en Saba. We hadden zaterdag 9 april een heerlijk relaxed zeiltochtje voor de wind op de genua naar St.Eustachius.
We ankeren voor Oranjestad. Het was wel heel apart om bij het inklaren gewoon Nederlands te praten met de douanebeambte. De voertaal is Engels, maar op school leren de kinderen ook Nederlands. Oranjestad is naar onze begrippen een groot dorp boven op de berg. Om er te komen beklimmen we een steil oud slavenpad. Het brengt ons naar een klein geel geverfd kerkje en het fort. . Op het pleintje voor het fort staat een gedenkteken ter ere van Koningin Wilhelmina. Nog op geen enkel Caribisch eiland hebben we zulke nette huisjes gezien en de aangeveegde straten zijn gelegd met Nederlandse rod en gele straatsteentjes. Geen gaten meer in het wegdek. Ook geen minibus- of taxisysteem hier want iedereen heeft hier zijn eigen blitse kar. Op zaterdag en zondag is werkelijk alles gesloten (en bijna niemand te zien) behalve, je gelooft het niet, de Chinese supermarkt en de afhaalchinees. Daar maakten we dan ook gretig gebruik van.
Ook de Nederlanders hebben strijd geleverd tegen Fransen en Engelsen om St. Eustatius te behouden. In de tweede helft van de 18de eeuw was dit eiland hét handelscentrum van het Caribisch gebied. Men noemde het de “ Golden Rock” . Van over de hele wereld was hier van alles te koop: stoffen, zilver, goud, slaven, wapens, suiker, tabak, katoen…omdat Nrderland niet in oorlog was met andere eilanden. Er lagen tot wel 200 schepen voor anker en het was een komen en gaan van kleine bootjes naar de wal.
Aan deze welvaart kwam een eind toen St. Eustatius in 1781 werd ingenomen door de Engelsen. Admiraal Rodney ging zijn boekje te buiten door de rijkdommen van de bewoners in te pikken.
Aan het eind van de 18de eeuw was het eiland definitief Nederlands via het Verdrag van Breda. Door politieke en economische veranderingen kwam er een eind aan het gouden tijdperk van St. Eustatius. Mensen emigreerden en Oranjestad, gebouwd op zand, zonk langzaamaan weg en werd vernield door verschillende orkanen. Op wat er over is gebleven van het strand zijn nog de ruïnes te zien van de toenmalige huizen begin 19de eeuw. Onder water hebben vele mooi gekleurde vissen hun intrek genomen in de restanten van de ruïnes, een prima snorkelplek.
We hebben het museumpje bezocht dat een goed beeld geeft van de geschiedenis en waar een foto hangt van een jonge prinses Beatrix; we hebben gewandeld tot een eind buiten de dorpskern waar mooie grote huizen staan en een Daycare for children geopend door koningin Beatrix in 1999; we hebben de kuipvloer een vernieuwde look gegeven omdat de antislipverf geen antislipverf meer was. Na wat reparaties heeft Frits hem heel mooi lichtgrijs gerold en mogen we er een paar dagen niet op lopen
( beetje lastig maar we zijn erg soepel van al dat zwemmen in het glasheldere water. Op 7 m diep zien we kraakhelder de mooie zandbodem)

Liefs, Marleen en Frits

Aankomst St. Kitts



Oeps, vlaggetje hangt op de kop. Frits !!!

White House Bay



Een plek in het zuiden van St. Kitts. Een plek om nooit meer weg te gaan.

Vissers aan het werk in Basseterre.



In de haven liggen om de 2 dagen 2 tot 3 cruiseschepen.

Samen naar school

Laat de kanonnen maar bulderen.



Frits staat op Fort Brimstone Hill en kijkt uit naar St. Eustatius.

De Galerij



van het fort Brimstone Hill is van ver op zee te zien.

Ruines op St. Eustatius



op het strand waar eens de huizen van Oranjestad stonden.
Vaag is Saba te zien zo'n 15 mijl naar het NW.

maandag, april 11, 2011

Ruine



benut voor iets moois. Salon op de achtergrond.

Katholiek kerkje



staat boven op de berg aan het eind van het slavenpad. Zondagmorgen hoorden we beneden op de boot de mensen zingen.

Netjes



Nette winkeltjes ( gesloten in het weekend) en nette bestrating van rode en gele Hollandse steentjes. Niet echt Caribisch.

Elegant

Stoer

Sfeervol



gaat de zon onder in Oranjestad.

woensdag, april 06, 2011

Verhaal 33 Paradijs

Antigua Antigua,
Te kort gebleven om goed te leren kennen.
Maar de tijd glipt door mijn vingers,
Daar kan ik maar moeilijk aan wennen.
Desalniettemin heb ik genoten.
Genoten van je aarde, stoffig en droog.
Genoten van je bloeiende cactussen en agaven
En niet één keer een regenboog.
Genoten van je mooie baaien met palmen afgezet,
Hier en daar helaas verstoord door een hoge flat.
Genoten van het intens blauwe water dat jouw stranden kust,
Zowel voor het lijf als voor het oog een lust.
Genoten van de mensen opgewekt en blij,
Ze zeggen: " Het is fijn altijd in het paradijs te zijn."
En dan nu op weg naar het volgende land,
Nevis en St. Kitts, bijna hand in hand.
Met het zicht op Montserrat en Redonda danst Salon sierlijk voor de wind,
De fokken uitgeboomd en alles gaat gezwind.
Het diner voor vanavond is geregeld, het is weer raak:
Een kilo blauwglinsterende Bonito schoon aan de haak.

maandag, april 04, 2011

Aankomst Antigua



Bijzondere rotsen bij English Harbour aan de zuidkust

Nelson's Dockyard



In English Harbour ligt Nelson's Dockyard.Een prima beschutte plek voor de schepen van Admiraal Nelson eind 18de eeuw. Antigua was in handen van Engeland en is niet door andere Europese landen bevochten.
Columbus heeft het eiland van een afstand zien liggen en heeft het vernoemd naar de kerk van Santa Maria de Antigua in Spanje, zonder er zelfs maar voet aan wal te zetten.

English Harbour



Het uitzicht over de baai is de moeite van de warme wandeling wel waard.

Cactus



Antigua is veel droger dan de andere eilanden tot nu toe. De berghellingen zijn begroeid met grote agaven die nu bloeien en met deze bolcactussen. Rare bloem hebben ze op hun kop.

St. John's



In de hoofdstad St. John's leggen elke dag 3 tot 4 van deze enorme cruiseschepen aan. En al die duizenden mensen gaan de stad in op zoek naar Caribische snuisterijtjes. Wij vonden het iets te veel van het goede.

St. John's Cathedral



We vonden de hoofdstad minder boeiend dan Roseau op Dominica, behalve de schoenwinkels.( weer een paar schoenen helemaal af gelopen).
De kathedraal hadden we graag willen bezoeken maar was gesloten wegens restauratie.

Jolly Harbour



We ankeren bij de ingang naar de jachthaven. Het water is blauwer dan blauw en herinnert ons aan Tobago Cays. Maar hoe blauw het ook is, het is niet helder en het lijkt alsof er wasverzachter door zit.

Deep Bay



Op zondagmorgen 8u30 de berg opgeklauterd naar Fort Barrington om te genieten van het uitzicht over de baai Deep Bay. We zijn niet de enige zo vroeg in de morgen aan de geitekeuteltjes te zien.

Verhaal 32 Antigua

Antigua bevalt ons prima. Het eiland is droog en het landschap doet ons aan Zuid Spanje denken. Langs de kust een aaneenschakeling van mooie baaien. Het ene strand is nog witter dan het andere en meestal zijn ze nagenoeg verlaten en ongerept.Het water is blauwer dan blauw. Er is niets zo fijn als een wit strand voor je alleen te hebben, te wandelen langs de vloedlijn met de voeten in het water, vanuit de ooghoeken te spieden naar mooie schelpen, en te genieten van de warme zon op je rug.
We “ hoppen” van baai naar baai. We begonnen in het zuiden in English Harbour en volgden de westkust tot Deep Bay. We maakten wandelingen over rotspaden, beklommen heuvels om uit te komen bij een fort uit de tijd van Admiraal Nelson, belangrijk figuur in de Engelse geschiedenis ( 1758 – 1805), om te genieten van het uitzicht over de baai.
Het regent nu bijna niet meer sinds een maand. De nachten zijn minder warm en dat is wel prettig. Overdag halen we nog steeds 33 graden, maar we zwemmen en snorkelen veel en onder de zonnetenten is het prima vol te houden, zeker als het een beetje doorwaait.
Nu de laatste maand in het Carib is ingegaan begint het langzamerhand te kriebelen. In gedachten zijn we al met de terugreis bezig en Frits is begonnen aan het afwerken van een checklist. De tijd glipt ons tussen de vingers, hoe raar dat ook mag klinken.
Morgen vertrekken we naar het eiland St. Kitts.
We hoorden dat jullie inmiddels ook al op terrasjes kunnen genieten van de lente. Hopelijk blijft dat zo.

Liefs,
Marleen en Frits