maandag, november 30, 2020

November Verhaal 20 Herfst en zomer wisselen elkaar af.

 

Oktober gaat naadloos over in november als twee lapjes stof onder een zoemende naaimachine. Het mooie weer houdt nog een paar dagen aan voordat wat onstabielere dagen aanbreken met heel  veel  regen, gekletter van hagelstenen op het dak, harde wind, onweer met de hele nacht bliksemflitsen rondom als waren we getuigen van een lichtshowspektakel. Frits is er een paar keer uit geweest om te checken of alles goed ging. Ons anker zit goed vast en we slapen verder op  twee oren.

Bewolkte en zonnige dagen wisselen elkaar af. We liggen weer voor de bosrand van het mooie huis, strandje voor de deur. Vogelgeluiden uit de bomen gaan samen op met de vogelgeluiden van het strand waar altijd wel een wit reigertje een maaltje bij elkaar sprokkelt.

Op 1 november, een zomerdag, willen Dag en Anne naar Vilamoura varen net als wij met de bijboot er langs varen na het boodschappen doen. Ze wenken en ik stuur er heen. Blijkt dat ze hun anker niet op kunnen halen omdat het gevangen zit inclusief meters ketting in een kluwen van vislijnen, korfjes, ijzeren buizen…allemaal afval van wat vissers afgelopen tientallen jaren in het water hebben gedumpt. Dag en Anne hebben meer dan twee maanden op die plek geankerd en steeds meer rommel om het anker verzameld. Met een mes snijdt Frits al die touwen en troep los en ik help vasthouden en ik houd de bijboot op zijn plaats. We zijn er een half uur mee bezig, alles onder de modder en troep maar ze zijn bevrijd. Onze handen stinken naar honderd jaar oude modder en zelfs met een paar keer wassen raken we de lucht niet kwijt.



We hebben niet veel tijd om er lang bij stil te staan want op het strand bij onze boot wachten Sam en Carla. Hij is Engels, zij is Portugees. Ze vinden onze boot bijzonder en mooi  vooral ook omdat Frits hem zelf gebouwd heeft. Ze hadden gevraagd of ze een interview van ons mogen afnemen. Zelf hebben ze drie jaar in het Caribisch Gebied gevaren en zijn sinds drie maanden terug. Ze zoeken mensen met bijzondere verhalen en maken een reportage met foto- en filmmateriaal voor hun eigen Youtubekanaal. Eerst vertellen we ons verhaal over ons leven, het bouwen van de boot, onze reizen. Ze maken foto’s binnen en buiten en stellen in de kuip drie camera’s op en een joekel van een microfoon. Hij voelt als een hondje met lange zachte grijze haren maar hij blaft niet. Frits en ik zitten buiten in de kuip naast elkaar en Sam en Carla stellen vragen zodat we ons verhaal nog een keer kunnen vertellen voor de camera. Het gaat er heel ontspannen aan toe. Het zal nog even duren voordat hij alles gemonteerd heeft ook met foto’s en film van onze eerdere reizen maar we zijn wel heel benieuwd naar het eindresultaat.


De dag sluit af met een geweldige zonsondergang. Het is Allerheiligen en ik stel me zo voor dat er op elk wolkje een heilige zit die naar beneden kijkt.



Op de zandbank vlakbij de boot zijn bij laag water elke dag mensen kleine mosseltjes aan het zoeken en ook de scheermesschelpen. Met een beetje ervaring weet je waar ze zitten en hoe je ze kan pakken. In het zand zijn kleine gaatjes waar ze verstopt zitten. De vissers strooien zout in de gaatjes, soms ook met een beetje water. Het scheermes denkt dat het water weer opkomt en komt tevoorschijn. Snel grijpt de visser  de schelp en trekt hem uit het zand. Het moet een delicatesse zijn, ik heb ze nog niet geproefd. Op zaterdag en zondag is het een familie aangelegenheid. Urenlang staan families bij elkaar gebukt te zoeken, te kletsen met elkaar en vele zoutvaatjes leeg te strooien. Jammer dat de lege flesjes vaak op het strand blijven liggen. Ook met Vitor en Gilda zoeken we naar de schelpen, maar ze “bijten” niet.



José en Nathalie plukken mosseltjes van de rotsige stenen op het strand voor het mooie huis. José wil de mosselen gebruiken als aas om te vissen. Ik wil ze liever uitproberen in een paëlla. Ze moeten eerst een dag in een netje achter de boot hangen in stromend water. Dan spuwen ze het zand uit hun schelp zegt Nathalie. Na een dag komen ze inderdaad zonder zand uit het netje. Ik moet alleen de baarden en de kokkels er afhalen. Dat valt dik tegen. De baarden zitten muurvast en bij de tweede mossel schiet het mes uit en gaat er een plakje duim af. Toch maar doorzetten, ik heb ook niet voor niets snijwondjes aan mijn vingertoppen doorstaan bij het plukken. Het zijn de zwarte mosselen die wij ook kennen maar dan flink kleiner en met een draaiende beweging moet ik ze loswrikken van de rots.






José houdt van barbecueën, zelfs al moet hij een regenbuitje doorstaan. Hij heeft een barbecue achter aan zijn monohull buitenboord hangen. Met een hoofdlamp op roostert hij pittige worstjes en brochettes. Nathalie heeft een frisse couscoussalade gemaakt. We zitten gezellig binnen en het smaakt prima. Het voelt heel bijzonder dat dit op 7 november nog mogelijk is. Als we ’s avonds terugvaren naar onze boot die gelukkig vlakbij ligt moeten we zelf een flinke regenbui trotseren. Dat is lang geleden.

De herfst wordt nu zichtbaarder in de natuur: het blad van de platanen kleurt bruin, het water krijgt de kleur van modder door het zand dat met regenbuien mee gespoeld wordt. De watertemperatuur geeft nu 16 tot 17 graden aan. Nog steeds ga ik elke dag liefst een paar keer zwemmen voor de conditie, zelfs in de regen. Nat is nat. Het koude water blijkt ook doeltreffend te zijn als ik met migraine wakker word. Terwijl Frits een heerlijk ontbijt klaarmaakt duik ik het koude water in en voel me (soms) als herboren daarna. Wel fijn dat ik me buiten met warm water uit de boiler kan afdouchen. De hete thee die klaar staat is zalig alsook mijn voeten voor de kachel.

Het heeft n de nacht van 8 november veel geregend en gewaaid. Het gebeuk van de branding op het strand was duidelijk hoorbaar. Ik maak de volgende dag een lange strandwandeling terwijl Frits met Vitor in de auto in Bolequième de gasflessen laat vullen. Er is minstens een halve meter strand weggeslagen langs de vloedlijn en verderop bij de flats is zo veel water weggespoeld dat er een  “rivierbedding”  is ontstaan. 




We krijgen bezoek van Marlies en Wijnand. We hebben in 2017 veel met elkaar opgetrokken op de Canarische Eilanden m.n. bij het hiken. Zij zijn doorgevaren naar het Caribisch Gebied door het Panamakanaal en ze varen de wereld rond. Door Covid zijn ze gestrand in Nieuw Zeeland. Ze hebben de boot daar tijdelijk achtergelaten en zijn weer naar Nederland gevlogen. Nu rijden ze met een camper  zonder problemen onderweg door België, Frankrijk, Spanje, Portugal. Omdat ze in de buurt van Alvor zijn maken we een afspraak. Vanaf hun camperplek komen ze op een warme dag op de fiets. We pikken hen op met de bijboot en lunchen op de boot, heel gezellig. Na drie jaar is er veel te vertellen.


We hebben Rob en Ineke leren kennen die sinds drie maanden op pensioen zijn en nu ook met hun catamaran in Alvor zijn. Ineke komt uit het onderwijs en Rob heeft een bedrijf in watermakers gehad. Stof genoeg om een aantal middagen te babbelen en te brainstormen. Het is Frits in zijn rug geschoten en daar heeft hij al twee weken last van. Water halen in jerrycans wordt dan een opgave. De hele bijboot staat vol jerrycans, 150 liter, die na het vullen nog aan boord gebracht moeten worden en in de tanks overgegoten moeten worden. Ook voor mijn rug een zwaar klusje. Soms kunnen we naast de boot van Vitor liggen en rechtstreeks water van de steiger in onze watertanks tanken. Als we in een jachthaven liggen is water tanken ook geen probleem met water op de steiger. Maar zo lang we ankeren is het werken! Rob geeft advies over welke watermaker we zouden kunnen aanschaffen en waar hij dan moet komen en hoe de leidingen naar de watertanks moeten lopen,…  Frits is om. Hij heeft de watermaker besteld die bij ons goed past en 30 liter per uur levert.

Op 11 november als in Nederland de lichtjes van de lampionnen gaan branden, wordt hier in de lucht ook een groot licht aangestoken lijkt het. Er vaart een vissersbootje voorbij ; de golven doen de reflectie van de mast vóór ons grappig kronkelen.




Vitor en Gilda vertellen op 14 november dat er op de camping van Alvor vele besmettingen zijn uitgebroken en dat de coronaregels worden aangescherpt. Er wordt een avondklok ingesteld en in het weekend gaan na 13u de winkels en restaurants dicht en moet men thuisblijven. Op zich niet zo’n handige regel want nu is het op terrassen en in de supermarkt drukker dan ooit omdat iedereen na 13u alleen nog naar buiten mag voor dringende zaken als apotheek. De zondagsmarkt gaat dicht helaas. Geen file meer voor de kraam met oliebolachtige koeken met suiker en kaneel.


Een ochtend met mist brengt op 16 november een speciaal sfeertje maar zodra de zon krachtig genoeg is en de mist verjaagt, wordt het zomers warm voor een periode van twee weken. We lopen in korte broek en als we nog een keer droog vallen om schoon schip te maken werk ik in bikini. Het water is weer opgewarmd naar 20 graden, het strand bezaaid met grote aangespoelde kwallen.


Wij liggen rechts, Dag en Anne in het midden en verderop links Rob en Ineke.

Frits maakt een gat in de romp ( Au), voor de afvoer van de watermaker . Nog een klus is het repareren van een lekkend raam boven de kaartentafel: de oude kit er uit steken en vervangen door nieuwe kit.


We huren een auto voor twee dagen. Met Rob en Ineke gaan we een dag naar Lagos naar de “speelgoedwinkel” voor de mannen. Met advies van Rob zoeken we alles bij elkaar wat we nodig hebben om de watermaker klaar te maken. Zelf heeft hij ook nog een lijst aan spullen nodig. We lopen door het gezellige centrum van Lagos en nu gaan Ineke en ik in onze “speelgoedwinkeltjes” snuisteren. Wat hebben ze leuke hebbedingen. Helaas, mijn kasten zijn vol. Er wordt al druk gewerkt om het stadje in kerstsfeer te brengen.






De tweede dag, een zomerdag,  gaan we samen in de auto  “een tourke” maken. Onderweg zien we vele ooievaars die terug gekeerd zijn op hun nest. In Silves bezoeken we het kasteel, gebouwd 20 jaar VC door Romeinen en tussen de 8ste en de 13de eeuw bezet door de Moren. In het kasteel zijn nog ruïnes uit deze tijd. Koning Alfonso de 3de van Portugal krijgt het kasteel definitief in handen in de 13de eeuw. Op een bankje in de zon bij de oude olijfbomen waan ik me even op  “de olijfberg”. Geen apostelen te zien, slechts een handjevol toeristen. Silves doet leuk aan met de kleine straatjes en terrasjes waar we nog buiten kunnen eten. De brug gaat over de Rio Arade die bij Portimȃo uitmondt in zee.







Een stukje verder het binnenland in ligt het dorpje São Bartolomeu de Messines waar Gilda vandaan komt. We wandelen door kleine straatjes. Veel is in verval naast nog hele mooie huizen. Er is geen geld noch om het op te knappen noch om het te slopen. Op de een of andere manier vind ik juist dat verval fascinerend om op foto vast te leggen. De mooie kerk is jammer genoeg gesloten.







Via Argoz en Portimão rijden we terug naar Alvor. We komen net op tijd aan voor een perfect eind van de dag. Salon letterlijk in de “stralen-de” zonsondergang.



Frits werkt aan de voorbereiding voor de watermaker. Plafondplaten moeten los om de waterleiding aan te leggen. Ik ben met “de grote schoonmaak” begonnen. Moet ook gebeuren.


Het sociale leven krijgt een opleving nadat we een tijdje alleen bleven in Alvor. Dag en Anne komen een paar dagen terug van Vilamoura om samen met ons droog te vallen en te schrobben, een zware klus maar zomers warm. Ik schrob het onderwaterschip en zet de hele rompen in een wax waardoor die vieze bruine aanslag niet meer beklijft op de witte verf en ik dus niet meer elke dag met een spons het er weer af hoef te wassen. Zwemmen doe ik nog elke dag een paar keer.  Met Anne maak ik nog weer een wandeling naar die mooie rotsen.   





 José en Nathalie komen terug uit Lagos voor een paar dagen en José zou José niet zijn als hij ons niet zou uitnodigen voor een barbecue. Wat smaakt dat toch altijd lekker.         



 Ineke en Rob blijven ook nog even voor de gezelligheid maar vanaf 25 november is iedereen onderweg naar de winterplek. De zomer is voorbij, het regent vaker, de temperatuur zakt onder de 20 graden, de omgeving is groener en bloemiger door de regen , de zon straalt nog wel haar warmte af . 





Op  27 november varen we met mooi weer naar Portimão en voorlopig zien we Alvor niet meer terug. Tot ziens.

foto Anne



foto Anne: wij in de bijboot de zon tegemoet.
 
Nog een laatste keer ankeren we bij Ferragudo. Op de hoge schoorsteen zit nu een ooievaar, weg gevlogen toen ik de foto maakte.



De laatste avond voor anker wordt een zonsondergangfeestje. Vuurwerk in de lucht, de hemel staat in brand. Zou dat speciaal voor ons zijn?





Het échte bootleven zit er op; niet meer ankeren, niet meer zwemmen, niet meer in een bijbootje naar de wal, maar nu wel de luxe van het  van boord stappen op de steiger en elke dag een warme douche genieten. Het kan slechter. Net als alles klaar is en de tent dicht geritst is barst de regenbui los. We waren er op voorbereid. We hebben nu walstroom en het kacheltje, nog uit Almerimar, snort tevreden. Regen, onweer en zon leiden ons door de laatste dag van november . Het nieuw gekitte raam is dicht ! Op naar de laatste maand van  een memorabel 2020.

















 



























2 reacties:

Blogger Wijnand en Marlies Peters zei...

Heerlijk om jullie belevenissen weer te lezen. Prachtige zonsondergang foto's maak je ook Marleen. Nu lig je in Portimao in de marina. Dichtbij Zwerver en ook een mooi stadje. Geniet lekker daar voor je eind deze maand naar Nederland vliegt. Liefs van ons.

november 30, 2020 7:46 p.m.  
Blogger catamaransalon zei...

Dankjewel. Die zonsondergangen zijn geweldig. Jammer dat ik ze in de haven niet goed meer kan zien. Zou veel liever ankeren maar we moeten nog één en ander voorbereiden. Jullie reizen nog steeds door de Algarve. Je maakt ook mooie foto's hoor. Maak je speciaal voor mij foto's van deuren? Prachtig zijn ze. Liefs van ons en goede reis verder.

december 01, 2020 6:56 p.m.  

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage